De provincie Overijssel legt vervoersbedrijven Arriva en Keolis boetes op vanwege aanhoudend uitgevallen ritten en vertragingen, wat volgens de provincie wijst op onvoldoende prestaties. Hoe hoog de boetes precies zijn, wordt voorlopig niet bekendgemaakt, omdat de vervoerders nog bezwaar kunnen aantekenen.

Arriva wordt aangesproken op de dienstverlening in Twente, waar het bedrijf de treindienst Zutphen–Hengelo–Oldenzaal uitvoert en ook stads- en streekbussen rijdt. Door onder meer technische storingen vielen er te veel trein- en busritten uit of kwamen deze te laat aan. Hoewel de hinder voor reizigers volgens de provincie lager lag dan in 2024, vindt Overijssel dat de kwaliteit nog altijd tekortschiet.

Een meerderheid van de Provinciale Staten van Overijssel wil dat de geïnde boetegelden worden ingezet om de kwaliteit van het openbaar vervoer structureel te verbeteren.

Ook boete voor Keolis

Ook Keolis hangt een boete boven het hoofd voor de prestaties op de spoorlijnen Zwolle–Enschede en Zwolle–Kampen. Het bedrijf betaalde eerder al 1,6 miljoen euro vanwege slechte punctualiteit in 2022; het beroep daartegen loopt nog. Pas na afronding van die procedure beslist de provincie over mogelijke sancties voor de prestaties in 2023 en 2024. Zowel Arriva als Keolis rijdt deze treindiensten onder de formulenaam Blauwnet.

Niet alleen spoorvervoerders in de provincie worden aangepakt. Busvervoerder EBS krijgt eveneens een boete vanwege uitval en vertragingen in de concessie IJssel-Vecht, die Overijssel deelt met Flevoland en een deel van Gelderland.