Voorlopig geen budget vrij voor Lelylijn en Nedersaksenlijn

Voorlopig ligt er nog geen budget vrij voor de ontwikkeling van de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. (Foto: Rob Dammers)
Voorlopig ligt er nog geen budget vrij voor de ontwikkeling van de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. (Foto: Rob Dammers)

Het kabinet maakt voorlopig geen extra budget vrij voor de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. Dit werd maandag duidelijk tijdens een debat in de Tweede Kamer over het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT).

Tijdens het jaarlijkse debat over de financiering van grote infrastructuurprojecten benadrukte staatssecretaris Chris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat, PVV) dat "de financiële middelen momenteel ontbreken". Dit geldt voor zowel de aanleg als het herstel en onderhoud van wegen, spoorlijnen en vaarwegen in Nederland. Echter coalitiepartijen NSC, VVD en BBB en oppositiepartijen GroenLinks-PvdA, CDA, D66, ChristenUnie willen dat er snel gewerkt gaat worden aan een onderzoeksplan voor de Lelylijn, waarbij ook de toekomstige woningbouw wordt meegenomen.

Jansen gaf tijdens het debat aan "zeker bereid te zijn om stappen te zetten waar dat mogelijk is". Voor de vertegenwoordigers uit Noord-Nederland, die maandag bij het overleg aanwezig waren, was dit een bittere nasmaak na alle inspanning die tot nu toe geleverd is. Zij hopen al jaren op de realisatie van de snelle treinverbindingen, die niet alleen de reistijd naar de rest van Nederland zouden verkorten, maar ook wonen, werken en studeren in de regio zouden bevorderen.

Tekort

De aanleg van de Lelylijn en Nedersaksenlijn blijft onzeker door grote financieringstekorten. Voor de Lelylijn, die de Randstad via Friesland met Groningen moet verbinden, is 3,4 miljard euro gereserveerd, terwijl er nog 10,4 miljard euro nodig is. De Nedersaksenlijn, die Groningen met Twente moet verbinden, vereist 1,7 miljard euro, maar het kabinet heeft slechts 85 miljoen euro beschikbaar gesteld. Beide projecten vallen onder het Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT), maar mogen pas verder worden uitgewerkt als minimaal 75 procent van de financiering rond is. Dat is momenteel niet het geval.

Een mogelijke versoepeling van de MIRT-eis voor financiering kreeg maandag weinig steun van staatssecretaris Chris Jansen. Hij benadrukte dat Europese bijdragen voorlopig minimaal zullen zijn, aangezien het huidige EU-budget (2021-2027) vrijwel uitgeput is en de volgende begroting slechts enkele tientallen miljoenen beschikbaar zou stellen. Ook een Duitse bijdrage voor een verlenging van de Lelylijn richting Bremen en Hamburg is onwaarschijnlijk vanwege budgettaire uitdagingen in Duitsland.

Staatssecretaris Jansen blijft echter in gesprek met betrokkenen. Op 20 december zal hij opnieuw overleg voeren met vertegenwoordigers uit Noord-Nederland, die blijven aandringen op realisatie van deze spoorverbindingen om de regio beter bereikbaar en economisch aantrekkelijker te maken.