Vernieuwde GE-rangeerlocs voor Tata Steel

Staalconcern Tata Steel in IJmuiden is bezig zijn locomotieven te vervangen door duurzamere types. Het eerste zuinige 'trekpaard' is een paar maanden geleden al de fabriek van Bemo in Warmenhuizen uitgerold. Maar dit jaar zullen er nog twee locomotieven verbouwd de baan opgaan. Deze order omvat een 'test pilot' waarna er mogelijk nog meer zullen volgen.

De ombouw van de oudere treinen vindt plaats in de fabriek van Bemo in Warmenhuizen, gelegen in Noord-Holland. Hier worden voornamelijk duurzame rangeer-locomotieven gebouwd die voorzien zijn van diverse moderne techniek die nauwkeurig rangeerwerk kunnen verichten. Een van hun treinen is de Bemo BRD 150 die zij voor het Midden-Oosten hebben gebouwd.

Inzet bij Tata Steel

Bij Tata Steel in Beverwijk zijn momenteel 26 locomotieven in dienst die op het terrein van de Hoogovens rondrijden, ook bekend als het Gildenspoor die het staalbedrijf verbindt met de buitenwereld via het station van Beverwijk en de buitenhavens. De locomotieven trekken op dit emplacement wagons met onder meer plakken en rollen staal.

De treinen zijn gebouwd door het Amerikaanse GE en tussen 1963 en 1971 geleverd aan de Hoogovens. De locs zijn vergelijkbaar met de modellen B&M 44-46 en hebben de cabine in het midden zitten. door voor zitten aan beide zijden de tractieinstallaties., voorzien van een 275 pk Cummins dieselmotor. In de loop van de jaren is een deel van de locomotieven voorzien van radiografische bediening, zodat de machinist van een korte afstand langs de baan de trein kan bedienen. De op afstand bestuurbare locomotieven hebben de nummer 901 - 909 en de overige treinen hebben de nummers 983 - 999.

Foto: Willem 90 (Wikipedia)
De oude GE-locomotief van Tata Steel op hun goederenspoor-emplacement.
Foto rechts: Willem 90 (Wikipedia)

Order voor ombouw

Tata Steel was voorafgaand aan de order al een vooronderzoek begonnen om te kijken of de huidige locomotieven vervangen konden worden met een economisch zuinige trein. Zo zijn er er een hybride V100 locmotief van Alstom te gast geweest en een Prima H3. Echter bleken deze te licht te zijn voor de werkzaamheden van Tata. Zodoende werd er gekeken naar de oplossing om als test pilot drie GE-locomotieven te moderniseren.

In september van 2017 kreeg Bemo van Tata Steel de opdracht om een kleine groep van 3 GE-locomotieven om te bouwen tot duurzame en moderne locomotieven. De vereisten waren dat er vooral gelet moest worden op uitlaatgas- en geluidsemissies en onderhoudbaarheid. Bijzonder aan deze opdracht is dat de bouw begint bij Tata Steel. Op aangeven van Bemo plaatst Tata Steel zelf de bestaande frames en truckstellen dusdanig aan, waarna ze geschikt zijn voor een nieuwe bovenbouw. Vanaf dan gaat Bemo weer aan het werk om de trein op te bouwen tot een duurzame trein. Door de totale verduurzaming van de locomotief ontstaat er als het ware op technisch niveau een totaal nieuw model die niet vergelijkbaar is met de oude B&M-serie. Het enige wat herkenbaar blijft is het uiterlijk, welke lichte wijzigingen zal hebben om met de tijd mee te kunnen gaan.

Verbouwing tot duurzaamheid

Het begin van de ombouw begint als verandering nu bij de klant zelf. Tata Steel die al jaren ervaring heeft met metaal verwerking en -bewerking stript de locomotief zelf. Dit gaat door tot het metalen frame blootligt waarop normaal de huif, de cabine en het leidingwerk op rust. Nadat Tata de nodig aanpassingen aan het frame heeft gedaan, waaronder ook het aanbrengen van de typische schrikstrepen op de buffer die je vaak op rangeerwagens ziet, wordt deze naar Bemo getransporteerd.

Aldaar zal de locomotief worden voorzien van de cabine en diesel generator units (DGU’s). De dieselmotor volgt de strenge EU Stage IV emissienorm, waarbij ook de uitstoot van CO2 sterk wordt gereduceerd. Het nieuwe type locomotief stoot volgens Tata Steel minimaal 96 procent minder stikstofoxide en minstens 95 procent minder roet uit dan het oude model. Tevens gebruikt het nieuwe type 22 procent minder brandstof.  De keuze voor aparte generatoren heeft als voordeel dat deze snel kunnen worden uitgewisseld met andere locmotieven. Hierdoor hoeft de loc niet uit dienst voor onderhoud, zodat enkel een andere generator plaatsen voldoende is.

De cabine die weer op de trein geplaatst wordt is totaal vernieuwd, en de ouderwetse hendels en knoppen zijn omgebouwd tot een modern besturingssysteem met twee joysticks waarmee de rangeerder de trein kan besturen. Ook worden de automatische SA-3 koppelingen aangebracht, en andere techniek, zoals energiezuinige LED-verlichting om goed zichtbaar te kunnen zijn op de baan.

Onder meer voor deze opdracht heeft Bemo haar kraancapaciteit verhoogd van 45 naar 100 ton, zodat ze ook de zwaardere vierassige locs kunnen opheffen.

Transport naar Tata

Dinsdagochtend 7 augustus was het dan zover. De eerste gemoderniseerde GE-locomotief voor tata Steel rolde de werkplaats uit. Onder belangstelling van tientallen geïnteresseerden werd ’Tata Steel 331 bij Bemo Rail op een 36 meter lange dieplader gehesen. Dit was het begin van een ingewikkelde route naar Tata Steel IJmuiden.

Om 10.25 uur vertrekt het in drie uur tijd minutieus geprepareerde konvooi met twee chauffeurs en vijf wegbegeleiders van het fabrieksterrein aan de Debbemeerweg, om Warmenhuizen via de oostkant te verlaten.

De zeven leden van het transportteam van Mammoet hebben zich goed voorbereid, want een transport van een dergelijke locomotief van zulks formaat moet wel tot in de puntjes geregeld zijn. Want het is niet de bedoeling dat deze onder een viaduct klem komt te zitten of in een krappe bocht vast komt zitten . Elke ruimte rond de rein moet nauwkeurig in de gaten worden gehouden. Ook rijdt het gevaarte op lage snelheid zodat alles bewegingen bij bochten en afritten nauwlettend in de gaten wordt gehouden. Zonder problemen arriveert het konvooi uiteindelijk om even voor twee uur bij Tata Steel, waarna de locomotief in ontvangst wordt genomen. Tata Steel is hiermee een bijzondere trein rijker.

Dankwoord

Met dank aan Bemo voor de foto's en de geleverde informatie. Ook is RailMagazine deels als bron gebruikt.